zoom
Hollandse verzen
46
Och God, Uw schepping kan niet eens vliegen
gebonden aan koeienvloer, zwaartekracht
omringd door ontluisteringen en overmacht
die mijn gemoedsrust bedreigen en bedriegen
gelukkig kan pen op papier losjes zwermen
stijgen naar sterren, dalen naar bodem links en rechts
zwenken naar voren naar achteren en slechts
stoppen zodra klanken kreunen en kermen
en soms wil pen papier zelfs ontstijgen
en zingend vermeerderen in de lucht
neuriën in opgewekte zucht
klanken in één roets aaneenrijgen
hup de wereld in, wolken vullen, gronden
wonderen van Eden in 's mensensgeesten
onze zonden veranderen in feesten
verzachten, verlichten, vieren de stonden
dit is oprecht tot U gesproken mijn God
voor U Heer open ik mijn hart helemaal
dankzij U stromen deze strofen vlot
naar u lezer, een beweging, in één haal
47
't Is maandagmiddag, straaltje zon buiten
de abrikozenboom begint te zwellen
binnenkort neemt koning winter de kuiten
en horen we de sneeuwklokjes weer bellen
een zwartkopje hier pikt naarstig de wijnranken schoon
op de schoorsteen daar start een meeuwenpaar
een nieuw nest, weldra toont Flora haar bonte kroon
en ik, och, ontroerd, gefascineerd kijk ernaar
wat zal ik nog meer schrijven o mijn Heer ?
ontvang toch deze verzen in Uw armen
heb met Uw dichter en dienaar erbarmen
laat mijn vers tot U doordringen steeds meer
Gij weet het : voor U verberg ik mij niet
wat U ook moge brengen, lach, vreugde of verdriet
och Heer, kom, vooruit, voer ons in Eden
maak van het boze een immer voltooid verleden
weet U ? ik spreek namens de Profeten
Uw volk richt fier vier masten naar U op
kom toch Heer, och kom ! Gij rots, Trots van Jacob
maak een einde aan ons zwoegen en zweten
48
Alleluja, de ijskoning laat zijn armen zakken
zachte lucht drijft aan over de daken en dringt
door het vensterraam dit atelier binnen, wringt
zich in mijn gewrichten volop knopt in de takken
ruikt u het voorjaar lezer ? ja doe die trui maar uit
de zwaluwen bereiden zich voor, hun komst is zeker
hier, pak aan, drink zoveel u lust uit deze beker
sta op, dans met de lente en lach van de weeromstuit
fluwelen kleuren juichende koren
rollende edelstenen bruisend licht
en uw gelaat lezer, o, uw gezicht
uw ogen die naar hartelust gloren !
pen nadert 't einde van deez' verzenvloed
voor haar ligt zee, zon, en weldra de dolfijnen
ach, zich overgeven, dobberen, zachtjes deinen
ei ! zo is 't mooi geweest, zo is het goed
schaamde me geen moment voor de makkelijkste rijmen
edoch probeerde met alle macht eentonigheid te vermijden
zelfzucht, onmatigheid, narcissisme te bestrijden
hoop met Edenideeën u wat te hebben kunnen verblijden...
49
Morgen de laatste aflevering - zo is 't genoeg
wat gezegd wilde worden werd gezegd
al die kwatrijnen regels, goed of slecht
vormen in dichterstaal van Eden zeg maar thans de boeg
u lezer, u wil ik niet vervelen
en daarbij : u weet inmiddels voldoende
hoe pen de woorden kuste en zoende
om met u haar kleine Eden te delen
vijftig ochtenden lang heeft zij zich stipt van haar taak gekweten
bah, zo goed en zo kwaad als 't ging
joeg zij de dood over de kling
op weg naar de lusten van de Hof, blijmoedig en verbeten
och, wie weet, misschien was ze wel gek - toch
wie wil haar met stenen bekogelen ?
stel dat zij er met al dat lepe goochelen
onverlet Eden te voorschijn toverde nog
50
Mnemosyne staat in mijn naam geschreven
m'n geheugen laat me nooit in de steek
wil, helm, zee, waarheid kneden mijn leven
met Noé deel ik zijn hardnekkig streven
50 : bevind me dus mooi in de perfektie van het midden
kan met gerust hart pen neerleggen, de Tronen bidden
mijn arme jamben verder te voeren richting Eden
en te strooien over de velden, de zeeën en de steden
verder kan pen niet gaan - ze zou er gek van worden
en dat is zij al meer dan genoeg van aard
u overvoeren met steeds nòg dronkener woorden
is haar inspanning, pret en plezier niet waard
sans adieu dan, wie weet tot een volgende keer
we zien wel waar we tenslotte uitkomen
regelrecht toch in onze schoonste dromen ?
ligt daar niet 's mensens lot als zijn hoogste eer ?
dit is niet voor enkelen geschreven, mijn woord is goed leesbaar
voor iedereen open zonder onderscheid des persoons
tokkelde pen blij op haar snaren iets nieuws, iets schoons
iets hartlustigs dat niet meer teniet kan worden gedaan, voor elkaar